leidenislamblog

Dialoog tussen alevieten en soennieten in Turkije wordt van bovenaf geregisseerd

Dialoog tussen alevieten en soennieten in Turkije wordt van bovenaf geregisseerd

De verhouding tussen soennieten en alevieten in Turkije heeft een lange, bloedige geschiedenis. De laatste jaren leek er een toenadering plaats te vinden. Maar deze lijkt vooral geregisseerd door machthebbers; zowel de regering als religieuze 'bonzen'.

Alevieten in Turkije hebben het wat hun religie betreft niet altijd makkelijk. Als zij dan een in onbruik geraakte moskee voor hun eigen bijeenkomsten gaan gebruiken, is dat groot nieuws:

Boş kalan cami cemevine dönüştü’ (lege moskee veranderd in alevitische cemevi), kopte de Turkse krant Milliyet op 14 augustus 2013. De krant sprak van een ‘primeur’ in het dorp Kürelik, gelegen in de Oost-Anatolische provincie Erzincan. Wat was er gebeurd? De Diyanet-moskee, inclusief bijbehorende imam in overheidsdienst, een jaar eerder geopend, was het gehele jaar door niemand bezocht. Het presidium voor Religieuze Zaken (Diyanet), o.a. werkgever van alle officiële imams in Turkije en daarbuiten, trok zijn conclusies en herplaatste de ‘werkloze’ imam naar een andere moskee. Ook de alevitische inwoners van Kürelik trokken hun conclusies en namen het leegstaande gebouw in gebruik als cemevi – een ruimte waar alevieten hun religieuze diensten houden.

In het overwegend soennitische (Hanafitische rechtsschool) Turkije vormen alevieten de grootste religieuze minderheid. De Turkse volkstellingen registreren de alevitische religie niet – zij worden simpelweg als moslim geregistreerd. Schattingen over het aantal alevieten lopen dan ook sterk uiteen, van tien tot twintig miljoen. In tegenstelling tot veel soennieten, vasten alevieten meestal niet tijdens de maand ramadan, verrichten zij niet het rituele gebed (namaz), en in plaats van de pelgrimstocht naar Mekka, bezoekt men liever de graftombes van alevitische heiligen in Anatolië. En, voor hun religieuze bijeenkomsten, de cem ayini (rituele bijeenkomst), hebben zij dus hun eigen ruimten: de cemevi.

De verhouding tussen soennieten en alevieten in Turkije heeft een lange, deels bloedige geschiedenis. De laatste jaren leek er echter een toenadering plaats te vinden – op initiatief van en gedomineerd door soennitische partijen weliswaar. In 2009 nam de AKP-regering van premier Erdoğan het initiatief tot een dialoog tussen Diyanet en alevitische partijen, de zogeheten ‘Alevi Workshop’, bestaande uit zeven bijeenkomsten tussen juni 2009 en februari 2010. Uit het evaluatierapport bleek dat de meeste alevieten waren voor afschaffing van Diyanet, of op zijn minst voor een eerlijk systeem van belastingheffing – Diyanet en de kosten van het presidium zoals religieus personeel worden namelijk gefinancierd uit algemene middelen.

Tegen deze achtergrond staat de metamorfose van de moskee in Kürelik niet op zichzelf. Een recente ontwikkeling (september 2013) in de relatie tussen soennieten en alevieten is de bouw van een cultureel centrum in Mamak, een district van Ankara. Het ‘cami-cemevi-project’ werd met veel tamtam aangekondigd als ‘uniek in de Turkse geschiedenis’ en ‘symbool van vrede tussen twee religies’. Volgens plan staan hier over een jaar een Diyanet-moskee, een cemevi en een gaarkeuken zij aan zij. Het project wordt grotendeels gefinancierd door de in de Verenigde Staten verblijvende islamitische Turkse prediker Fethullah Gülen en zijn beweging. Maar, zo benadrukte Izzettin Doğan, voorzitter van de alevitische CEM Foundation, het is een gezamenlijk initiatief van Gülen en CEM.

Op 8 september 2013 werd de eerste steen gelegd van het ‘vredesproject’. Maar direct tijdens de ceremonie ging het al mis, toen deze werd verstoord door protesterende en stenen gooiende alevieten, naar verluidt vooral bewoners van Tuzlucayır, de alevitische wijk waar het ‘cultureel centrum’ komt te staan. Het protest breidde zich al snel uit. Verschillende alevitische organisaties in Turkije en daarbuiten brachten een verklaring uit, waarin het project werd bestempeld als ‘assimilatieproject’. Ook stapte de jongerentak van CEM uit protest op. De ‘oude garde’ moest niet denken zomaar voor hen te kunnen spreken, te beslissen en dit soort deals te sluiten.

De AKP-regering op haar beurt doet haar best afstand te houden. Zij benadrukt dat dit geen project is van de staat – hoewel zij wel een minister afvaardigde die symbolisch een duif losliet tijdens de ceremonie. Niet elke politicus kon zich overigens inhouden. Vicepremier Bülent Arınç vroeg zich openlijk af of de demonstranten daadwerkelijk representatief zijn voor de ‘gemiddelde aleviet’. De AKP-burgemeester van Ankara slingerde een tweet rond waarin hij de demonstranten ‘soldaten van Assad’ noemde.

Kortom, het laatste woord is nog niet gezegd en geschreven over dit project. De protesten en statements van alevieten lijken wat dat betreft vooral gericht te zijn op de bemoeizucht van machthebbers, zowel de regering als religieuze ‘bonzen’, die hun opvattingen, agenda en idealen op ondemocratische wijze op willen leggen aan de ‘werkvloer’ - waar in de meeste gevallen niet eens onderlinge problemen heersen. Zoals een lezer stelde in reactie op een van de krantenartikelen over het project: ‘Als Fethullah Gülen zo nodig goed bezig wil zijn, waarom dan niet ook een synagoge, een kerk, een tempel en een bar op hetzelfde terrein?’

0 Comments