Geen God behalve onze God: de SGP en islamitische oproepen tot gebed
Een moskee in Middelburg is deze zomer begonnen met het versterken van de gebedsoproep. De lokale SGP reageerde getergd. De discussie die volgde maakt duidelijk dat religieuze tolerantie verankerd moet zijn in gelijke rechten, aldus Pooyan Tamimi Arab.
Middelburgse raadsleden van de Staatkundig Gereformeerde Partij (SGP) gaven aan dat het horen van de azan, de oproep die moslims vijf maal per dag aanspoort tot het rituele gebed, hen "pijn" doet. Zij ervaren het als een ongewenst aanraken op afstand en een blasfemische oproep tot het aanbidden van een valse profeet. De Yildirim Beyazit moskee kan zich echter beroepen op de Wet Openbare Manifestaties uit de jaren tachtig. De Zeeuwse discussie maakt inzichtelijk dat religieuze tolerantie verankerd moet zijn in gelijke rechten in plaats van in emotioneel geladen oordelen. Dat is het doel van het constitutioneel secularisme in Nederland.
SGP-posities
Het is geen verrassing dat de SGP de islamitische gebedsoproep als onheilspellend ervaart. De SGP is een van de weinige politieke partijen die zich zowel op gemeentelijk als landelijk niveau door de jaren heen consistent heeft uitgesproken tegen versterkte islamitische oproepen tot gebed. Dit begon al in 1986, toen Tweede Kamerleden Gerrit-Jan van Otterloo (PvdA) en Jacob Kohnstamm (D66) een voorstel indienden om de nieuwe Wet Openbare Manifestaties (WOM) van 1983 aan te passen, zodat er geen twijfel kon bestaan over het recht van moslims om dergelijke oproepen te versterken. De wet van 1983 vereiste namelijk nog een creatieve denkstap, namelijk het maken van een juridische analogie van de azan met “klokgelui”. Maar wat als een gemeente zou weigeren islamitische oproepen tot gebed te interpreteren als vergelijkbaar met klokgelui? De twee Kamerleden stelden daarom voor de frase “mondelinge oproep” toe te voegen aan artikel 10 van de WOM. Jan-Kees Wiebenga van de VVD corrigeerde hen door te benadrukken dat de azan elektronisch wordt versterkt, waarop het woord “mondeling” werd verwijderd om misbruik en verwarring te voorkomen. Alleen drie kleine orthodox-Protestante partijen stemden tegen het amendement, de SGP, de RPF (Reformatorische Politieke Federatie) en de GPV (Gereformeerd Politiek Verbond).
Verschuivingen
In de jaren tachtig was de islamitische oproep tot gebed te horen in Den Haag, Tiel en Leiden. Sindsdien is het aantal moskeeën dat dergelijke oproepen een keer per week of dagelijks in de middag versterkt in heel Nederland langzaam toegenomen. Ironisch gezien is de VVD, aan wie we mede de huidige formulering van de WOM te danken hebben, verschoven richting de conservatieve SGP door mee te doen aan de ”culturalisering van Nederlands burgerschap”. Toen Maxima in 2007 stelde dat ze de Nederlandse identiteit niet had gevonden, reageerde VVD-minister Henk Kamp met een kritisch betoog, waarin hij ook inging op de kwestie van gebedsoproepen. Islamitische oproepen, schreef hij, dienen in tegenstelling tot kerkgeluiden verboden te worden omdat ze niet horen bij de Nederlandse 'cultuur'. Dat wil zeggen: een fictieve, homogene en christelijke cultuur waarin de geschiedenis van kerkgeluiden wordt voorgesteld als onproblematisch en vanzelfsprekend. Ook Geert Wilders heeft de 'imperialistische' oproep vaak bekritiseerd door het op te nemen voor de zogenaamde 'joods-christelijke cultuur' van Nederland. In de dagelijkse praktijk houden lokale politici van verschillende partijen wel degelijk rekening met de wet en bevestigen doorgaans het recht op de azan. Ook in Middelburg kwamen vertegenwoordigers van de PvdA, D66 en de VVD op voor het gelijke recht op religieuze uitingen in het publieke domein. In een blog werd zelfs gesteld dat de Middelburgse SGP-wethouder Chris Dekker had aangegeven dat de azan gewoon mag worden versterkt.
Vermogen tot relativeren
Hoe zit het dan met recht om met rust gelaten te worden? SGP-Tweede Kamerlid Kees van der Staaij heeft eens verwezen naar seculiere vluchtelingen uit islamitische landen, bijvoorbeeld Iraniërs zoals ondergetekende, die net als hij last zouden hebben van dergelijke oproepen tot gebed. Daarmee misbruikt hij de pijn van sommige minderheden of minderheden binnen minderheden voor zijn eigen orthodoxe en semi-theocratische agenda. Natuurlijk moet deze pijn niet zomaar worden weggewuifd, evenals de pijn die een SGP’er voelt bij het horen van de azan. Moskeeën kunnen hiermee rekening houden, bijvoorbeeld door na te denken over de associatie van de azan met militaire overwinningen. In dat licht is de naam van de Middelburgse moskee, vernoemd naar een Ottomaanse sultan die Constantinopel heeft belegerd, niet erg subtiel. Aan de andere kant mag een vermogen tot relativeren verwacht worden van tegenstanders van de azan. Kunnen relativeren betekent niet dat eigen opvattingen verloochend worden. Het gaat er om dat men zich kan verplaatsen in anderen. Wanneer dit vermogen tot relativeren zwak ontwikkeld is, dan dient de seculiere constitutionele staat een gelijke behandeling te garanderen.
Beluister hier de oproep tot gebed van de Yildirim Beyazit moskee.
0 Comments