Moslims wegen op hun leer is zó salafistisch
Discussies over wat islam wel of niet is, zijn typerend voor salafisten, maar ook voor de wijze waarop Europeanen omgaan met de moslim, meent Maurits Berger.
Politici struikelen over elkaar om te verkondigen dat IS niet de islam vertegenwoordigt, en soortgelijke betogen worden ook losgelaten op de terroristen als die van Hebdo in Parijs.
In mijn “Brief History of Islam in Europe” analyseer ik dertien eeuwen relaties tussen islam en Europa, en in die eeuwen is één verschijnsel een constante geweest: Europeanen identificeren moslims op basis van hun religie, de islam. En in al die eeuwen hebben de Europeanen nauwelijks de moeite genomen zich te verdiepen in de islamitische theologie, zoals die is gevormd door moslimgeleerden; Europeanen bepaalden zelf wat islam was, op basis van de islamitische heilige geschriften.
En dat gebeurt nu nog steeds: iedereen bestudeert de Koran, zonder enig benul van theologische, politieke of sociale context. Regelmatig word ik tijdens lezingen geconfronteerd met een of ander Koranvers met een oorlogszuchtige strekking, als ‘bewijs’ dat die moslims zich aardig mogen voordoen, maar een religie aanhangen die weinig goeds in de zin heeft.
We lijken hierin op de hedendaagse salafist. Die leest ook de Koran zonder enige historische of sociale context. De tekst bepaalt hoe het zit. Dat is wat IS doet; in de Koran staat ‘leg het zwaard in hun halzen’, dus dat doen zij.
Homo islamiticus
Deze benadering reduceert de moslim tot een homo islamicus: een persoon wiens gedragingen verklaard kunnen worden op basis van islamitische leerstellingen. Eén blik in de Koran is dan al voldoende om deze mens te verklaren.
Maar de leerstellingen van de islam zeggen weinig over wie moslims zijn en wat zij doen. Sommigen houden zich eraan, anderen zijn zelfs vromer dan de leer, weer anderen zijn ronduit agnost maar noemen zich wel moslim.
We stellen de verkeerde vraag. Die moet niet zijn wat de islam voorschrijft, maar hoe die gebruikt wordt, door wie, en waarom. Neem de zelfmoordaanslag. De islam is meer dan dertien eeuwen oud, maar de eerste zelfmoordaanslag die in naam van de islam veel slachtoffers wilde veroorzaken bij de vijand, dateert van 1983: de aanslag van Hezbollah op de Amerikaanse ambassade in Beiroet.
Is dat wel de echte islam? Is hij wel een moslim? Politici die zich uitlaten over deze vragen, doen dat om hun achterban gerust te stellen: de ‘gematigde’ moslims in Nederland zijn oké want aanhangers van de ‘echte’ islam, IS is niet oké en die wijzen we daarom af als niet-islam. Ik kan daar niets mee. Islam is islam, en die krijgen we al dertien eeuwen in vele vormen gepresenteerd.
Haram-halal
Het indelen in ‘wel-islam’ en ‘niet-islam’ is erg salafistisch. De klassieke theologie van de islam leert dat je niet mag oordelen over de religiositeit van mede-moslims. Juist de salafisten doen dat graag. Ze leggen hun medegelovigen steeds weer langs de meetlat van haram-halal, het slecht-goed van de islam. En wie te veel aan de haram-kant scoort is dan geen moslim. Evenzo bestempelen de IS-jihadisten alle moslims die hun niet steunen tot ‘ongelovigen’. Maar omgekeerd doen regeringsleiders als Cameron en Obama precies hetzelfde met IS.
Wel of geen islam, wel of geen moslim, het helpt ons niet veel verder. Het voert ons in het labyrint van theologische discussies, en leidt ons af van de echte vraag: waarom doen zij wat ze doen, en wat is het met die jongens en meisjes dat de islam deze bijzondere invulling krijgt?
Dit artikel verscheen eerder in Trouw (28 februari 2015).
2 Comments
Arlcties like this just make me want to visit your website even more.
Beste Maurits,
Hoera! Een mooi punt. Het is precies het punt dat ik wil maken in mijn onderzoek: 'There is too much so-called "Islam" in research on Islam and Muslims' - in mijn geval in de Nederlandse en (in mindere mate) Turkse context.